Ik wil me alvast voorbereiden op het groentehapje vanaf 6 maanden
Wat is Raplay?
Ik hoor verhalen over stikken :shifty:
Kan ik misschien eerst beter met een staafmixer doen en later pas Raplay?
Vanaf welke leefdtijd dan?
Hoeveel BV geef je dan nog?
Jullie snappen het al, ik weet er niets van 8)
Richtlijnen voor het implementeren van een
babygerichte aanpak bij de introductie van vaste
voeding
door: Gill Rapley
aanpassingen: Stefan Kleintjes
vertaling: Anne-Marie van den Bosch
Deze richtlijnen zijn afgeleid van de originele richtlijnen, die werden
ontwikkeld uit een klein gedeelte van onderzoek verricht door Gill Rapley,
als onderdeel van haar Masters opleiding.
Gill’s interesse in de introductie van vast voedsel staat los van haar werk
voor het UNICEF UK Baby Friendly Initiative.
Introductie
Borstvoeding als basis voor zelf eten
De motivatie van de baby begrijpen
Zal hij zich niet verslikken?
Zal hij niet te vroeg beginnen met vast voedsel?
Goede voeding garanderen
En hoe zit het met drinken?
Wat je WEL en NIET moet doen bij de babygerichte introductie van vast
Voedsel Introductie
Het toepassen van een babygerichte aanpak bij het introduceren van vast
voedsel vereist begrip voor wat deze aanpak zo logisch en veilig maakt.
Het eerste gedeelte hieronder legt de beweegredenen en de
onderliggende principes uit die deze methode om vast voedsel te
introduceren ondersteunen. Het laatste gedeelte, wat je WEL en NIET
moet doen, geeft een duidelijke opsomming van de belangrijkste punten.
Het vasthouden aan deze richtlijnen zal de kans dat zowel de baby als zijn
ouders plezier zullen beleven aan de overgang naar vast voedsel
vergroten, en het zal helpen het welzijn van de baby veilig te stellen.
Normale, gezonde borstgevoede baby’s blijken best in staat, met de juiste
soort ondersteuning van hun ouders, om hun eigen introductie tot vast
voedsel te bepalen. Maar ouders van baby’s die preterm werden geboren
(dat wil zeggen voor 37 weken zwangerschap) of die een medische
conditie hebben die hun vermogen om voedsel veilig te kunnen hanteren
beïnvloedt of om een verscheidenheid van voedsel te verteren, moeten
advies inwinnen bij hun zorgverleners (consultatiebureau, kinderarts,
kinderdiëtist) voordat ze van start gaan met deze methode om vast
voedsel te introduceren. Ouders die hun baby met de fles voeden moeten
ook overleggen met hun zorgverleners, vanwege redenen die hieronder
worden geschetst.
Naar de baby wordt door heel deze richtlijnen heen met ‘hij’ verwezen.
De beweegredenen voor het toepassen van een babygerichte
aanpak bij de introductie van vaste voeding
Borstvoeding als basis voor zelf eten
Exclusieve borstvoeding wordt aangeraden voor de eerste zes maanden
van het leven. Borstvoeding is de ideale voorbereiding op zelf eten met
vast voeding. Borstgevoede baby’s eten op hun eigen tempo – het is zelfs
niet mogelijk om ze het anders te laten doen! Ze balanceren hun eigen
inname van voedsel en vloeistof uit door te kiezen hoelang ieder voeding
moet duren. Borstvoeding is in wezen zelf eten, de baby heeft de controle
van het proces. En, omdat moedermelk in smaak verandert naar gelang
het dieet van de moeder, bereidt borstvoeding de baby voor op andere
smaken.
Het is niet duidelijk of een babygeleide aanpak op de introductie van vast
voedsel geschikt is voor baby’s die de fles krijgen; er is meer onderzoek
nodig om dit vast te stellen, omdat flesvoeding meer door de moeder
geleidt lijkt te zijn. Het is moeilijk om voorspellingen te doen over hoe
flesgevoede baby’s vast voedsel hanteren, dus we moeten voorzichtig
zijn. Maar zolang er voorzorgen zijn genomen om een adequate
vochtinname te garanderen (zie de richtlijnen onderaan dit artikel), lijkt er
niets intrinsiek fout met toepassen van deze aanpak. We raden ouders
van baby’s die de fles krijgen (kunstvoeding) aan dat als ze deze methode
willen gebruiken, dit uitgebreid te bespreken met hun zorgverleners.
De motivatie van de baby begrijpen
Deze aanpak van het introduceren van vast voedsel geeft een baby de
kans om uit te vinden wat andere soorten eten te bieden hebben als een
onderdeel van het ontdekken van de wereld rondom hem. Het maakt
gebruik van zijn behoefte om te onderzoeken en te experimenteren en om
de activiteiten van anderen na te bootsen. De baby het tempo van iedere
maaltijd laten bepalen en de nadruk houden op spel en onderzoek in
plaats van op eten, maakt het mogelijk om de overgang naar vast voedsel
zo natuurlijk mogelijk te laten gebeuren. Dit omdat het er op lijkt dat wat
baby’s motiveert om deze overgang te maken, nieuwsgierigheid is en niet
honger.
Er is geen reden om maaltijden te laten samenvallen met de
melkvoedingen van de baby. Het benaderen van (melk)voedingen en de
introductie van vast voedsel als twee aparte activiteiten zal zelfs ruimte
bieden voor een meer ontspannen aanpak en maakt de ervaring
plezieriger voor zowel de ouders als het kind.
Zal hij zich niet verslikken?
Veel ouders maken zich druk om het idee dat hun baby zich kan
verslikken. Maar er is een goede reden om te geloven dat baby’s minder
risico lopen om zich te verslikken als ze zelf de controle hebben over wat
er in hun mond gaat dan wanneer ze met een lepel gevoerd worden. Dit is
omdat baby’s niet in staat zijn om voedsel bewust naar de achterkant van
hun keel te verplaatsen totdat ze hebben geleerd om te kauwen. En ze
ontwikkelen de vaardigheid om te kauwen niet tot nadat ze geleerd
hebben om te reiken naar dingen en ze te pakken. Dus loopt een heel
jonge baby niet makkelijk gevaar omdat hij het eten om te beginnen al
niet in zijn mond kan krijgen. Aan de andere kant neigt de actie die wordt
gebruikt om voedsel van een lepel te zuigen ertoe om het voedsel direct
naar achter in de mond te verplaatsen, wat verslikken veroorzaakt. Dit
betekent dat voeden met een lepel zijn eigen potentieel heeft om tot
verslikken te leiden – en maakt het geven van klonterig voedsel op een
lepel extra gevaarlijk.
Het blijkt dat de algemene ontwikkeling van een baby gelijke tred houdt
met zijn vaardigheid om voedsel in zijn mond te hanteren, en om het te
verteren. Een baby die moeite heeft om voedsel in zijn mond te krijgen is
er waarschijnlijk nog niet aan toe om het te eten. Het is belangrijk om in
dit soort situaties de neiging om de baby te ‘helpen’ te weerstaan omdat
zijn eigen ontwikkelingsmogelijkheden zijn die verzekeren dat de
overgang naar vaste voeding op het juiste tempo voor hem plaats vindt.
Dit proces beschermt hem ook tegen het zich verslikken op kleine stukjes
voedsel, omdat hij nog niet in staat is om kleine objecten op te rapen door
zijn vinger en duim te gebruiken, en hij zal niet in staat zijn om,
bijvoorbeeld, een erwt of een rozijn in zijn mond te krijgen. Zodra hij in
staat is dit te doen, zal hij de noodzakelijke orale vaardigheden hebben
ontwikkeld om hier mee om te gaan. Voedsel voor de baby in zijn mond
stoppen, gaat voorbij aan zijn natuurlijke bescherming en vergroot het
risico op verslikken.
Een baby achterover kantelen of hem neer leggen om hem vast voedsel te
voeren is gevaarlijk. Een baby die zelf eet moet altijd, met steun, in een
rechtop positie zitten. Op deze manier, zal voedsel dat hij nog niet kan
slikken, of niet wil slikken, vooruit zijn mond vallen, en niet achteruit in
zijn keel.
Een babygerichte aanpak aannemen, betekent niet het negeren van alle
regels van gezond verstand met betrekking tot veiligheid. Ook al is het
erg onwaarschijnlijk dat een jonge baby zou slagen in het oppakken van
bijvoorbeeld een pinda, ongelukken kunnen en zullen op zeldzame
momenten gebeuren – onverschillig op welke manier de baby wordt
gevoed. Regels van veiligheid die opgaan in andere spelsituaties moeten
daarom ook tijdens het eten aangehouden worden.
Zal hij niet te vroeg beginnen met vast voedsel?
De baby’s die met het onderzoek hebben meegedaan mochten beginnen
toen ze vier maanden oud waren. Maar ze waren niet in staat zichzelf te
voeren voordat ze zes maanden waren. Een paar van de jongere baby’s
pakten stukken voedsel op en brachten het in hun mond; sommige
kauwden er zelfs op, maar geen een van hen slikte het door. Hun eigen
ontwikkeling besloot voor hen wanneer de tijd rijp was. Een van de
redenen voor dit onderzoek was om aan te tonen (gebaseerd op een
theorie van zelf eten) dat baby’s niet klaar zijn voor vast voedsel voordat
ze zes maanden oud zijn. Het lijkt erop dat we al deze jaren besteedt
hebben met het uitvinden dat zes maanden de juiste leeftijd is terwijl
baby’s dit altijd al wisten!
Het lijkt realistisch te voorspellen dat, als ouders er voor kiezen om baby’s
vanaf hun geboorte in de gelegenheid te stellen om vaste stukken voedsel
op te rapen en te eten, ze dit nog steeds niet voor elkaar zullen kunnen
krijgen totdat ze rond de zes maanden zijn. Het principe is hetzelfde als
een pasgeboren baby op de grond leggen om te spelen: Hij wordt in de
gelegenheid gesteld om te lopen maar zal dit niet doen totdat hij
ongeveer een jaar is - omdat zijn eigen ontwikkeling hem stopt. Maar:
alles hangt af van het feit of de baby zelf de controle houdt. Voedsel moet
niet voor hem in zijn mond gestopt worden. Omdat het erg aanlokkelijk is
om dit te doen, is het waarschijnlijk veiliger om te adviseren dat baby’s
voor zes maanden niet in de gelegenheid gesteld moeten worden om vast
voedsel te eten.
Goede voeding garanderen
Baby’s die zichzelf mogen voeden, neigen ernaar om een grotere variëteit
van soorten voedsel te willen eten. Dit komt waarschijnlijk omdat ze meer
dan alleen maar de smaak van het eten hebben om zich op te
concentreren - ze ontdekken ook textuur, kleur, grootte en vorm.
Daarnaast, door baby’s de soorten voedsel apart te geven, of op een
manier die ze in staat stelt om ze zelf te scheiden, geeft ze de kans om te
leren over de keur van verschillende smaken en texturen. En ze toe te
staan alles te laten liggen dat ze niet lijken te lusten, zal ze stimuleren om
open te staan voor het proberen van nieuwe dingen.
Het tegenovergestelde lijkt waar voor een baby die met de lepel gevoerd
wordt, vooral als de voeding gepresenteerd wordt als een puree met
meerdere smaken. In deze situatie heeft de baby geen mogelijkheid om
die ene smaak te weigeren die hij niet lekker vindt en hij zal er naar
neigen om de hele maaltijd af te keuren. Omdat zijn ouders alleen maar
kunnen raden welke soort voedsel het probleem veroorzaakt, riskeren ze
meer voedsel weigering totdat ze het hebben opgespoord. Intussen leert
de baby om voedsel en de variëteit ervan te wantrouwen en wat hij zal
accepteren kan erg beperkt worden. Dit kan er toe leiden dat zijn
complete voeding in gevaar wordt gebracht, en hij dus niet alle
voedingstoffen die hij nodig heeft binnenkrijgt. Soorten voedsel apart
aanbieden, maar samen op hetzelfde bord, stelt de baby in de
gelegenheid om zijn eigen beslissingen te maken over het mixen van
smaken.
Algemene principes over goede voeding voor kinderen gaan eveneens op
voor jonge baby’s die hun eigen introductie tot vast voedsel regelen. Dus,
‘fast food’ en voedsel met toegevoegd suiker en zout moet vermeden
worden. Maar wanneer een baby eenmaal ouder is dan zes maanden dan
is het niet nodig, behalve als er een familiegeschiedenis is van allergieën
of een bekende of verdachte spijsverteringsaandoening, om op enige
ander manier de soorten voedsel die de baby aangeboden kan krijgen te
beperken. Fruit en groente zijn ideaal, met hardere soorten licht gekookt
zodat ze zacht genoeg zijn om te kauwen. In het begin kan vlees het
beste als een groot stuk aan geboden worden, om te onderzoeken en om
op te zuigen; wanneer de baby het voor elkaar krijgt om een handvol
voedsel op te rapen en los te laten, dan werkt gehakt vlees goed.
Opmerking: Baby’s hebben geen tanden nodig om te bijten en te kauwen,
tandvlees voldoet uitstekend!
Het is niet nodig om het eten in stukjes van mondgrootte te snijden. Dit
zal het zelfs moeilijk maken voor een jonge baby om het te hanteren. Een
goede richtlijn voor de benodigde vorm en grootte is de grootte van de
baby’s vuist, met een belangrijke extra factor om in je achterhoofd te
houden: Jonge baby’s kunnen hun vuist niet bewust openen om dingen los
te laten. Dit betekent dat ze het best uit de voeten kunnen met stukken
voedsel die een boogvorm hebben of een ingebouwd ‘handvat’, zoals de
steel van een stuk broccoli. Dan kunnen ze op het stukje kauwen dat uit
hun vuist steekt en de rest later laten vallen – meestal terwijl ze reiken
naar het volgende interessant uitziende stukje. Gelijk opgaand met het
verbeteren van hun vaardigheden, zal er minder en minder eten omlaag
vallen.
En hoe zit het met drinken?
Het vetgehalte van moedermelk neemt toe tijdens een voeding. Een
borstgevoede baby herkent deze verandering en gebruikt deze om zijn
vloeistofinname te regelen. Als hij wat wil drinken, zal hij er toe neigen
om voor een korte periode te drinken, misschien van beide borsten,
terwijl als hij hongerig is, hij langer zal drinken. Dit is waarom
borstgevoede baby’s die wordt toegestaan te drinken wanneer ze maar
willen, voor zo lang ze maar willen geen andere vloeistoffen nodig hebben,
zelfs bij hoge temperaturen.
Dit principe kan door heel de periode van omschakeling naar
gezinsmaaltijden blijven werken als de baby onverminderd de gelegenheid
blijft krijgen om ‘op verzoek’ uit de borst te drinken. Een kopje water kan
bij de maaltijden aangeboden worden als onderdeel van de
ontdekkingsreis, maar er is geen reden om je zorgen te maken als hij
daar niet van wil drinken.
Doorgaan met voeden ‘op verzoek’ zal het bijkomende voordeel hebben
van de baby de mogelijkheid te geven om te beslissen hoe en wanneer
zijn moedermelkinname te verminderen. Terwijl hij meer eet tijdens de
gedeelde maaltijden, zal hij ‘vergeten’ om te vragen om sommige van zijn
borstvoedingen, of zal korter drinken per keer. Er is voor zijn moeder
geen reden om deze beslissingen te maken.
Kunstvoeding heeft dezelfde samenstelling gedurende de hele voeding.
Als een kunstgevoede baby alleen maar melk gegeven zou worden als zijn
enige vloeistof dan zou hij het risico lopen om of niet genoeg vloeistof
binnen te krijgen of teveel calorieën, of allebei. Ouders die deze methode
voor het introduceren van vast voedsel toepassen bij een flesgevoede
baby zouden daarom hun baby met regelmatige tussenpozen water aan
moeten bieden zodra hij kleine hoeveelheden vast voedsel begint te eten.
Het is ze aangeraden om hun eigen zorgverleners (consultatiebureau arts,
kinderarts, kinderdiëtist) te consulteren over hoe ze dit het beste kunnen
aanpakken.
Wat je WEL en NIET moet doen bij de babygerichte
introductie van vast voedsel.
_ WEL: Geef je baby de kans om mee te doen wanneer iemand anders
in het gezin aan het eten is Je kunt hiermee beginnen tegen het einde
van de zesde maand. Rond deze tijd beginnen de meeste baby’s
interesse te tonen in jou te observeren.
_ WEL: Wees er zeker van dat je baby gesteund in een rechtop positie
zit terwijl hij experimenteert met voedsel. In het begin kun je hem op
je schoot zetten, met zijn gezicht naar de tafel. Zodra hij vaardigheid
begint te laten zien met het oprapen van eten, zal hij bijna zeker groot
genoeg zijn om met minimale support in een kinderstoel te zitten.
_ WEL: Begin met het aanbieden van eten dat babyvuist groot is, liefst
in een boogvorm. Geef hem zo veel mogelijk, vooropgesteld dat het
geschikt voor hem is, hetzelfde soort eten dat jij eet, zodat hij zich
betrokken voelt bij wat er gaande is.
_ WEL: Biedt verschillende soorten eten aan. Er is geen reden om je
baby’s ervaring met eten te beperken net zo min als je dat doet met
speelgoed.
_ NIET: Haast je baby niet. Laat hem het tempo bepalen van wat hij
doet. In het bijzonder, laat je niet verleiden om hem te ‘helpen’ door
dingen voor hem in zijn mond te stoppen.
_ NIET: Verwacht niet dat je baby de eerste paar keer ook maar iets
eet. Zodra hij heeft ontdekt dat deze nieuwe speeltjes prima smaken,
zal hij beginnen te kauwen en, later, slikken.
_ NIET: Verwacht niet van een jonge baby om een stukje voedsel
helemaal op te eten - denk eraan dat hij de vaardigheid om eten dat in
zijn vuist zit te bereiken nog niet heeft ontwikkeld.
_ WEL: Probeer afgewezen soorten voedsel later opnieuw, baby’s
veranderen vaak van gedachten en accepteren op een later moment
eten dat ze oorspronkelijk weigerden.
_ NIET: Laat je baby niet alleen met zijn eten.
_ NIET: Geef geen eten dat een duidelijk gevaarlijk is, zoals pinda’s.
_ NIET: Geef geen ‘fast food’ of kant-en-klaar maaltijden waaraan zout
of suiker is toegevoegd.
_ WEL: Geef water uit een kopje maar maak je niet druk als je baby er
niet in geïnteresseerd is. Een borstgevoede baby zal waarschijnlijk voor
nog een hele tijd al het drinken dat hij nodig heeft via de borst
binnenkrijgen.
_ WEL: Bereid je voor op rotzooi! Een schone plastic doek op de vloer
onder de kinderstoel zal je tapijt beschermen en opruimen makkelijker
maken. Het zal je ook in staat stellen om eten terug te geven dat is
gevallen, zodat er minder verspild wordt. Je zult prettig verrast zijn
door hoe snel je baby leert te eten met heel weinig troep!
_ WEL Ga er mee door je baby bij je te laten drinken wanneer hij maar
wil, hoe lang hij maar wil. Weet dat zijn voedingspatroon verandert
zodra hij meer van de andere soorten voedsel gaat eten.
_ WEL Als je met de fles voedt, of een familiegeschiedenis van
voedselintolerantie, allergie of digestieve problemen hebt, bespreek
deze methode voor de introductie van vast voedsel dan met je
zorgverlener (consultatiebureau arts, kinderarts, kinderdiëtist) voordat
je ermee begint.
_ WEL Geniet ervan om je kind te zien leren over eten - en zijn
vaardigheden te zien ontwikkelen met zijn handen en mond tijdens dit
proces!
:shock: zo ik ga maar eens lezen
@victoria wrote:
Ik wil me alvast voorbereiden op het groentehapje vanaf 6 maanden
Wat is Raplay?
Ik hoor verhalen over stikken
Leonie leeft nog steeds
yvan ook :inlove: hoewel hij zelf liever van een lepel eet, laten we hem meestal nog steeds met iets ‘klooien’. Brood is hier nog steeds rapleytopper.
Maar, Victoria, kijk maar eens in het bijvoedingstopic, uitleg, ervaringsverhalen en foto’s :inlove:
Ik ga eens kijken, want ik meen dat ik toch weleens foto’s heb gezien en dat zag er altijd zo leuk uit
Ik geef er niet zoveel om dat het een troepje wordt als mijn kind maar eet en lol heeft :thumbup:
hey vic, jeetje is het al zo ver?
ik heb hier altijd alles een beetje gemengd, ben niet zo van het strikt volgens één methode doen. Dus hij heeft behoorlijk wat in zijn vuistje gekregen en soms ben ik er met het avondeten even met de staafmixer doorheen gegaan. Ging alllemaal prima, nano is een makkelijke eter (geworden?) geen idee of het daarvan komt, maar ik bener tevreden over. Mijn tip: zie bijvoeding zeker de eerste maanden gewoon echt als BIJvoeding: ze heeft in principe nog genoeg aan jouw melk, laat haar lekker ongedwingen al die andere dingen ontdekken. Wil ze niet of lukt het niet? Niks aan de hand. Volgens mij komje met die instelling het verst.
Wat betreft je stikgevaar-vraag: begin pas met rapley als sophie goe drechtop zit in de kinderstoel, en stukjes ongeveer zo groot als het vuistje. Erbij blijven, en dan gaat het ecth goed! (en dan zul je vast nog wel eens schrikken als ze zich goed verslikt in iets, maar ze kunnen zich wonderbaarlijk goed redden!)
veel pleizer alvast!
mevrouw heet rapley overigens, dat zoekt misschien wat makkelijker
mischien heb je hier ook nog wat aan
LINK verwijderd beheer
:think: weet eigenlijk niet of ik een link mag plaatsen :mrgreen:
**Noot beheer: nee :mrgreen: :- ***
@ladybutterfly wrote:
:think: weet eigenlijk niet of ik een link mag plaatsen :mrgreen:
**Noot beheer: nee :mrgreen: :- ***
:mrgreen: ok sorry